donderdag 2 december 2004
niets zo koud als de dood
November is de maand van sterven en ik zal het geweten hebben. De opa van één van 'mijn' jongeren is gestorven, de opa van een collega. Beiden hebben een lang en rijk leven achter de rug. Wie niet in het rijtje past is M.
Ik heb haar een paar keer ontmoet. Een vriendin van mijn zus. Ik kon nauwelijks geloven dat ze zo ziek was, want fier als ze was gaf ze de kanker geen kans om haar waardigheid aan te tasten. Het was, en is, een mooie vrouw.
M. heeft haar dood voorbereid. Ik kan mij daar nauwelijks iets bij voorstellen. Ik vrees dat ik niet het sterven, maar het achterlaten van allen die mij liefhebben ternauwernood zou kunnen dragen. Hoe vertel je aan je liefste dat je weg moet gaan ? Dat je geen andere keuze hebt, dat het je zwaar weegt ? Hoe probeer je je eigen dood te accepteren terwijl je ziet hoe die dood je liefste zo tekent ?
Liever dan mezelf te behouden voor de dood zou ik mijn liefste willen behouden, dicht bij mij willen houden en zeggen : dit doe ik je niet aan.
Maar het kan niet. Geen enkele onderhandeling keert in het voordeel van het leven.
Dat je je liefste niet kan behoeden voor dit grote verdriet.
Ik zag het bij M. en haar liefste : hoe ze elkaar wilden behoeden voor dat grote verdriet, plaatsen wilden ruilen maar met hetzelfde resultaat.
Straks ga ik slapen en ik weet dat mijn liefste zijn arm rond mij zal leggen en mij in slaap zal zoenen met 'ik zie je graag kaatje, tot morgen'.
Dat het bed leeg kan zijn. Te groot. Dat er geen armen meer zijn, geen warme plek.
Als ooit mijn liefste sterft, zal ik blijven zeggen : liefste liefje, ik zie je graag. En nooit ophouden dit te zeggen.
Op de een of andere manier heb ik de indruk dat M. dit ook doet. Liefde kan niet eindigen met de dood.
Ik kende M. niet zo goed, alleen denk ik dat ze iedere avond tegen haar liefste blijft fluisteren : liefste chouke, ik zie je graag, slaap zacht en tot morgen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten