woensdag 15 juni 2005
seksisme
O ja, ik vind vrouwen gelijkwaardig aan mannen. Zo vond ik het gisteren heerlijk dat de architect evengoed mijn naam opschreef en tijdens het gesprek zijn aandacht evenwichtig tussen het vriendje en mij verdeelde. Meer nog, ik voelde mij een echte expert toen het over de keukeninrichting ging. "Ik wil dat zus, en zo, en die hoogte, muurtje zus zodat je de rommel niet ziet...". Tot zover leek het alsof ik mijn roeping als (binnenhuis-) architect had gemist.
Tot... tot ze begonnen over steunmuren en steunbalken en plafonds die konden gedragen worden door houten en metalen constructies, gewichten van vloeren, de mogelijke invloeden van al even mogelijke inslagregens en een heel vocabularium van technische termen die ik geheel niet meer begreep. Aanvankelijk dacht ik nog dat beide heren in hun eigen dialect waren verdergegaan en dat dat de reden van mijn onbegrip was.
Toen we naar de auto liepen vroeg ik toch vertwijfeld aan het liefje :
"ik ben toch baas in de keuken hé ?"
Tuurlijk, zei hij, en pakte mij beet.
Toch blij dat er mannen zijn, al snap ik niet waar hij al die technische kennis plots vandaan haalt...
zondag 12 juni 2005
zorgouder
Ik las het dit weekend pas voor het eerst : zorgouder in plaats van stiefouder. De CD&V zou aan een of ander statuut werken, kwestie dat dat de zorgouder ook rechten en plichten kreeg.
Het artikel stond in het Nieuwsblad, naar aanleiding van Vaderdag. Goede re(d)actie, dacht ik, want wat met de honderden vaders (en moeders) die van 's morgens tot 's avonds meedraaien in de zorg (en liefde) voor hun zorg/stiefkinderen ? Bestaan die dan plots niet meer ? Ook De Standaard schreef er al enkele keren over :
De druk op een stiefgezin is groot. Om te slagen, om niet weer te falen, om het goed te doen. De stiefmoeder is geen moeder van haar stiefkinderen, maar wordt wel op haar moederlijke kwaliteiten aangesproken en afgewogen. Als alles goed gaat, is er geen vuiltje aan de lucht. O wee als de boel ontploft. Dan is de stiefmoeder de verdachte nummer één.
Nogal wat jongeren waarmee ik werk, leven binnen een co-ouderschap. Ze zijn het dikwijls zo gewoon dat ik versteld sta van de soepelheid waarmee zij met deze complexe situatie omgaan : om de zoveel tijd een ander huis en andere normen en waarden. Kinderen zijn ook niet dom :ze weten heel goed hoe de steel in de vork zit, en wanneer ze zich bemind en gerespecteerd voelen, dan aanvaarden ze veel, heel veel.
Wanneer ik ze positief bezig hoor over hun situatie heb ik altijd zin om alle betrokken (zorg-)ouders te bellen en te zeggen : proficiat, jullie doen dat ontzettend goed.
Want zo'n regeling kan volgens mij maar goed lukken als de hele omgeving beide gezinnen steunt en erkent. Als de zorgouders van beide kanten positief gewaardeerd worden. Dat je als moeder zo'n groot hart kan hebben dat je de zorgmoeder toelaat ook je kind te beminnen of meer nog : dat je eigen kind liefde opvat voor de zorgouder.
Omdat de nieuwsamengestelde gezinnen steeds talrijker worden, mag best wat aandacht besteed worden aan de zorgouders. Fijn als we al beginnen met het zwaar negatief beladen woord stiefouder te vervangen door wat ze echt zijn : vrouwen en mannen van vlees en bloed die hun best doen om in een situatie waar ze niet zelf voor gekozen hebben, toch het beste te maken en zelfs te komen tot een nieuw gezin waar warmte en liefde opnieuw de beweegredenen van dat gezin zijn. Ze zijn tekenen van hoop en toekomst : het nieuwsamengesteld gezin gelooft immers bovenal in de mogelijkheid van een warm nest als gezin. Of dat er na het falen, ook weer opstaan is...
zondag 5 juni 2005
Slaap !
De klok loopt zo langzaam naar middernacht en ik ben de enige die hier nog niet slaapt. Het meeste energie heb ik 's morgens, dus moet ik wel een ochtendmens zijn, maar 's avonds raak ik zelden in mijn bed.
Ik ben een slechte slaper. Ik controleer 's nachts of de klokken nog wel lopen en het alarm wel op staat. Uit pure verveling - omdat ik niet kan slapen dus - probeer ik te raden hoe laat het zou zijn. Of begin ik met grote hersenspinsels die voor een ander slaapwekkend zijn maar mij wakker houden.
Vroeger begon ik zomaar tegen het vriendje te babbelen. We waren nog maar net gaan slapen en het leek alsof allerlei inzichten mij plots overvielen en ik toch maar van alles met hem moest overleggen.
Deed ik dat omdat ik hem ook uit zijn slaap wou houden ? Of was het gewoon omdat ik hem (en de dag) persé wou vasthouden ?
Nu overleg ik dus met mezelf.
Ik merk hoe het hele huis slaapt en kijk jaloers naar mijn bedgenoot die enkel de ogen dicht hoeft te doen om te vinden waar ik naar zoek. "Slaap".
Ik kan vermoeid zijn en toch 'de slaap' niet vinden.
Mr. Sandman vergeet mij bijna altijd. Tot ik soms op de meest onverwachte momenten de spreekwoordelijke klop van de hamer krijg.
Troost vind ik daarom in het lezen en bijzonder nu in Slaap van Annelies Verbeke. Het is met mij bijlange niet zo slecht gesteld. Ik ga nog net niet door de straten dwalen en andere mensen wakker maken, al is een bezoek aan de nachtwinkel mij niet vreemd.
Dat je jaloers kan zijn op een slapende stad, op de man naast jou die zo gemakkelijk vindt waar een ander op zoek naar kan zijn.
Voor alle slapelozen, maar ook voor allen die graag een goed boek lezen, lees Slaap !
vrijdag 3 juni 2005
manipulators
Sommige mensen zijn werkelijk bedreven in de kunst van het 'onder druk zetten'. Ik zou het vroeger niet eens gezien hebben, gezien ik, opgevoed als een braaf katholiek meisje, heel gevoelig ben aan schuldgevoel.
Met één zinnetje maar even prutsen aan dat schuldgevoel en ik zou na volgende zinnetjes onmiddellijk "Natuurlijk !" gezegd hebben, om dan weer wat later te klagen over teveel werk en beslissingen die eigenlijk niet eens de mije zijn.
Maar wanneer ik ze nu hoor, dan denk ik (zal ik het ooit durven zeggen ?) in mijn binnenste : 'ge gaat mij hier niet vangen' ! Andere voorbeelden zijn heel erg welkom, want ik ben nog aan het oefenen !
"Ik denk toch dat het normaal is dat we'" ...
"Men verwacht van ons toch dat we...."
"Het strikte minimum is toch dat we ..."
"We kunnen het ons toch niet permitteren dat ..."
"De anderen zeggen ook dat ...."
"Het is toch onze morele plicht om ..."
"We kunnen hem/haar toch niet in de steek laten..."
"Wat gaan de mensen wel zeggen als we ..."
Let op dat de "WE" een zwaar manipulerend karakter heeft. Zoiets van : haal jij het nu maar niet in je hoofd om anders te denken of je hebt mij ook al sowieso tegen.
Ik probeer mij te oefenen om er niet in te lopen, maar toch...
Abonneren op:
Posts (Atom)